Vergoedingsaanspraken

Soorten vergoedingsaanspraken

Doordat steeds minder mensen trouwen, komt het steeds vaker voor dat de ene partner eigen vermogen gebruikt om gezamenlijk vermogen mee aan te schaffen. Ook komt het dan vaker voor dat de ene partner eigen geld gebruikt om bepaalde zaken voor de ander te betalen. Als de relatie dan eindigt, komt al snel de vraag op of het aldus voor of aan de ander betaalde vermogen kan worden teruggevorderd. Anders gezegd: of er recht bestaat op vergoeding van het aldus uitgegeven geld.

Ook tussen echtgenoten kan dit spelen. Bijvoorbeeld als mensen buiten gemeenschap van goederen zijn getrouwd of als mensen geld erven of geschonken krijgen dat niet gezamenlijk wordt. Maar ook als mensen die getrouwd zijn in een beperkte gemeenschap van goederen, kan dit spelen. Als deze echtgenoten al voor het huwelijk een huis kopen waaraan de een meer betaalt dan de ander, dan kan het zijn dat er een vergoeding aan de orde is bij een scheiding.  Als er dus privévermogen wordt gebruikt voor uitgaven van de ander of als inleg voor gezamenlijk vermogen, dan komt de vraag op of dit vermogen moet worden vergoed als deze echtgenoten dan uit elkaar gaan.

Tussen echtgenoten en de (beperkte) gemeenschap van goederen

Er zijn verschillende situaties denkbaar. En per situatie gelden er andere regels. Het is al met al dus best lastige materie. We zullen er hier kort iets over zeggen. We kunnen echter in een gesprek beter met je bepalen welke situatie voor jou speelt. En dan kunnen we ook aangeven of je het aldus betaalde vermogen vergoed moet kunnen krijgen.

Op het moment dat een van beide echtgenoten of geregistreerde partners tijdens het huwelijk eigen geld (dat niet in de gemeenschap valt) gebruikt om gemeenschappelijk vermogen mee aan te schaffen, dan ontstaat er volgens de wet een verplichting om het aldus geïnvesteerde vermogen te vergoeden. Het bedrag van de inleg moet worden vergoed alsook de waardeontwikkeling die is opgetreden sinds het bedrag is ingelegd. Er zal dus een bedrag vergoed moeten worden, dat is berekend volgens de regels van de zogeheten beleggingsleer.  Als het al langer geleden is dat in investering werd gedaan, dan kan het zijn dat de nominaliteitsleer van toepassing is. In dat geval wordt in beginsel alleen de inleg vergoed. Dat geldt voor investeringen van voor 1 januari 2012.

We merken dat het bij langere huwelijken soms best wat rekenwerk oplevert om dit goed te bepalen. Ook valt het niet altijd mee om voldoende bewijsstukken op tafel te leggen.

Tussen echtgenoten onderling

Vooral bij echtgenoten die niet in gemeenschap van goederen zijn gehuwd, komt het voor dat vermogen dat de ene partij in eigendom heeft wordt gebruikt om vermogen dat op naam komt van de ander, te betalen. In veel huwelijkse voorwaarden wordt dan bepaald dat het vermogen dat op die manier naar het vermogen van de ander is overgeheveld bij een scheiding moet worden terugbetaald. Meestal regelen de huwelijkse voorwaarden ook of dit volgens de nominaliteitsleer of de beleggingsleer moet. Ook de wet regelt dit en bepaalt iets over de leer die van toepassing is. We kunnen samen met je nagaan of dit speelt en waar je in dit soort situaties allemaal aan moet denken.

Tussen samenlevers

Ook bij samenlevers komt het vaak voor dat er vermogen van de een is gebruikt om vermogen van de ander mee te betalen. En bovendien komt het nogal eens voor dat een gezamenlijk aangekocht vermogensbestanddeel, zoals bijvoorbeeld een woning, gedeeltelijk wordt betaald met vermogen van de ene partner, terwijl de ander niets of minder bijdraagt.

Als er dan een einde komt aan de samenleving, krijgen we eigenlijk steeds de vraag voorgelegd of dit kan worden teruggevorderd. Want veel van onze cliënten vinden dit logisch en zeker ook redelijk.

In de praktijk is dit echter helemaal niet zo vanzelfsprekend. Als er in de samenlevingsovereenkomst is bepaald dat er een vergoedingsverplichting bestaat, dan is de kans groot dat je een investering kunt terugvragen, tenzij je vordering op de ander is verjaard. Maar als er niets over is geregeld of als er helemaal geen samenlevingsovereenkomst is gemaakt, dan is het maar zeer de vraag of je bedragen kunt terugvragen.

Ook wanneer je voor het huwelijk samen een woning koopt, een van partijen een grotere bijdrage levert aan het betalen van de aankoopsom/het verbouwen van de woning dan de ander en er vervolgens getrouwd wordt in beperkte gemeenschap van goederen, is het nog maar zeer de vraag of je bedragen die je voor het huwelijk betaald hebt, kunt terugvragen. Zeker wanneer er voorafgaande aan het huwelijk geen samenlevingsovereenkomst is gemaakt waarin afspraken over het terugbetalen van de bedragen hadden kunnen worden gemaakt.

In rechtspraak is nu bepaald dat je een goede wettelijke reden moet hebben om dit terug te kunnen vragen. Bovendien kun je er tegenaan lopen dat je vordering tot vergoeding van jouw investering, is verjaard. Het is dus echt belangrijk dat dit goed wordt uitgezocht. Nog beter is om dit meteen al ten tijde van de investering, goed vast te leggen. Bijvoorbeeld in een samenlevingsovereenkomst of door een schuldbekentenis op te (laten) maken.

Zit jij in een van de bovenstaande situaties en wil je weten wat je het beste kunt doen in jouw situatie? Neem dan contact op met Kremers Advocaten om te bespreken wat we voor je kunnen betekenen.